Werkdruk

Te hoge werkdruk

Hoge werkdruk

Werkdruk gaat uit van wat iemand op zijn werk moet doen (de belasting, de eisen) en wat hij of zij aankan (belastbaarheid). Bij de eisen kun je denken aan de werkhoeveelheid en het tempo, maar ook aan aspecten als de hoeveelheid en moeilijkheid van de problemen die je in je werk tegenkomt. Wat medewerkers aan kunnen verschilt. Wat de één als lastig ervaart, hoeft een ander niet moeilijk te vinden. Het ‘werkvermogen’ van mensen wordt onder andere bepaald door hun (werk)ervaring, leeftijd, werk-privébalans. Spanningen die door een te hoge werkdruk ontstaan, kunnen leiden tot verschillende klachten, gedragsveranderingen en psychische klachten.

Lichamelijke klachten:
Hartklachten, hoofdpijn, nekklachten, langdurige vermoeidheid, overmatig transpireren, maagklachten

Veranderingen in gedrag:
Rusteloos/agressief, bewust vermijden van stressvolle situaties, meer ongelukken, roken/drinken/ medicijngebruik, slaapproblemen

Psychische klachten:
Gespannen gevoel, opgejaagd gevoel, onzekerheid, somberheid, concentratieproblemen.

Spanningen en werkstress zijn de belangrijkste oorzaken van ziekte en vaak langdurig verzuim. Ze zijn niet in alle situaties werk gerelateerd, het is ook mogelijk dat werknemers te kampen hebben met problemen in de privésfeer. Er kan ook sprake zijn van een combinatie van factoren. Ook dan is het belangrijk gezondheidsklachten en ziekte van de werknemer te voorkomen door het werk zodanig te organiseren dat de belasting (tijdelijk) kleiner is. Gezien de hoge maatschappelijke- en bedrijfskosten van (te) hoge werkdruk, hebben werkgevers en werknemers alle belang bij een juiste aanpak van deze problematiek.

Werkdruk

Pictogram vluchtroute

Pictogram vluchtroute

Aanpak van werkdruk

Werkgevers dienen na te denken over de belastbaarheid van de werknemers en zullen preventieve maatregelen moeten nemen gericht op het voorkomen van psychosociale arbeidsbelasting (PSA) door het werk. Een inzichtelijk loopbaanbeleid en goede communicatie over de bedrijfsprocessen kan ertoe bijdragen dat klachten door PSA voorkomen worden.

Onderstaand een aantal aandachtsvelden die een rol spelen bij de aanpak van PSA.

  • Zijn er voldoende mogelijkheden voor werknemers om het werk zelf te regelen en aan te passen.
  • Kunnen werknemers zelf problemen oplossen op een zodanige manier dat het werkproces weer op de gewenste wijze door kan gaan. Kunnen werknemers zelf komen met ideeën om het werk weer op gang te krijgen bij stagnatie of wordt er voor hen gedacht.
  • Krijgen werknemers voldoende uitdagingen.
  • Krijgen werknemers voldoende verantwoordelijkheden en worden ze daarop aangesproken.
  • Worden te behalen doelen / verwachtingen duidelijk en tijdig gecommuniceerd.
  • Zijn bijkomende verantwoordelijkheden van kaderpersoneel, zoals delegeren, bij hen bekend.
  • Worden werknemers voldoende voor hun taak geschoold.
  • Worden klachten van werknemers over het werk serieus genomen.
  • Is er binnen het bedrijf een cultuur dat zaken bespreekbaar zijn.
  • Wordt afwijkend gedrag van werknemers opgemerkt en besproken.
  • Worden werknemers voldoende gewaardeerd.
  • Kan het werk op een andere manier worden georganiseerd.
  • Zijn er voldoende overlegmomenten
  • Kunnen werkzaamheden efficiënter worden uitgevoerd.
  • Hebben werknemers voldoende invloed op de werkvoorbereiding.
  • Kunnen werknemers voor bepaalde taken worden ontlast.
  • Zijn werknemers voldoende geïnformeerd over de totale uitvoering van werkzaamheden, of slechts op deeltaken.
  • Wordt er regelmatig stil gestaan bij wat er goed en minder goed ging.
  • Krijgen werknemers voldoende de gelegenheid tot het stellen van vragen.
  • Blijf positief naar werknemers en geef zelf het goede voorbeeld.  
  • Zijn werknemers bereid om veranderingen te accepteren en mede in gang te zetten.

De branche heeft een gedragsscan om medewerkers en bedrijven op dit onderdeel te ondersteunen. Werknemers kunnen met de gedragsscan ook zelf maatregelen nemen en keuzes maken om een balans te bereiken tussen werkdruk enerzijds en belastbaarheid anderzijds.

 Meer informatie

Werkdruk

Arbeidstijden

Arbeidstijden

Arbobesluit: Artikel 2.15 Maatregelen ter voorkoming of beperking van psychosociale arbeidsbelasting

Arbeidstijdenwet

Een andere belangrijke wet is de Arbeidstijdenwet. In deze wet staat beschreven hoelang (hoeveel uur, hoeveel dagen) er achter elkaar mag worden gewerkt en hoelang er in de verschillende situaties gepauzeerd moet worden.

Het doel van de arbeidstijdenwet is drieledig:

  • Waarborgen van bescherming van de veiligheid en gezondheid van de werknemer;
  • Ruimte bieden voor maatschappelijke participatie en zorgtaken van de werknemer;
  • Ruimte bieden voor flexibiliteit voor bedrijven: ruimte voor collectieve, maar ook
    voor individuele afspraken tussen werkgevers en werknemers.

Werkdruk

Pauze in de keet

Lunchpauze in de keet

CAO BIKUDAK

ARTIKEL 8 ARBEIDSDUUR EN ARBEIDSTIJDEN

1.  De normale arbeidsduur bedraagt 40 uur per week. De werkweek loopt van maandag tot en met vrijdag.

2a. De normale arbeidstijden liggen van maandag tot en met vrijdag tussen 07.00 en 18.30 uur. De dagelijkse arbeids- en rusttijden worden door de werkgever, na redelijk overleg met en met instemming van een representatief deel van de werknemers in zijn onderneming respectievelijk op het werkobject, vastgesteld.

2b. Bij een verwachte buitentemperatuur van 25 graden Celsius of hoger kan de werkgever een tropenrooster instellen. De normale arbeidstijd begint dan om 05.30 uur.

ARTIKEL 8B SCHOLING

1a. De werkgever is verplicht voor de werknemers in zijn onderneming een inzichtelijk opleidings- en scholingsbeleid te ontwikkelen.

2.   De nadere voorwaarden waaronder recht op scholing en vergoeding van kosten, verbonden aan het volgen van de in lid 1 bedoelde opleidingen bestaat, zijn opgenomen in het reglement Scholing van de Stichting SF BIKUDAK, zoals genoemd in artikel 29 van deze cao.

ARTIKEL 8E OMSCHOLING

1.  De werknemer heeft zelfstandig en individueel recht op omscholing. Hij kan een opleiding of cursus kiezen die binnen de bedrijfstak past, aansluit bij zijn eigen mogelijkheden en past binnen zijn beeld van een mogelijke loopbaan. Indien de werknemer arbeidsongeschikt dreigt te worden, is hij verplicht tot omscholing. In dat laatste geval kan hij ook een opleiding buiten de bedrijfstak volgen.

Artikel 10 OVERWERK, lid 7

Structureel overwerk is niet toegestaan, behoudens in bijzondere gevallen. Hiervoor is krachtens artikel 42 van deze CAO toestemming vereist van Cao-partijen.

ARTIKEL 17 REISURENVERGOEDING, LID 4

Indien de totale duur van de arbeidstijd, rusttijd en reistijd, gerekend van het ogenblik van vertrek van een vervoermiddel als genoemd in lid 1 tot het ogenblik van terugkomst daarvan per dag, (incidenteel) meer bedraagt dan 12 uur zal de normale arbeidstijd met het meerdere moeten worden gekort. Over de rusttijd wordt geen loon uitbetaald.

ARTIKEL 41 WERKOVERLEG EN OVERIG OVERLEG

1.  Er dient overleg tussen de werkgever en de werknemers plaats te vinden. Werkoverleg op bedrijfsniveau geschiedt binnen de normale arbeidstijden.